25 oktober 2009

Verhaal, aflevering 7

Hier is een extra lange zondags-aflevering. Veel plezier. Für Neu-Einsteiger: alle afleveringen vind je hier verzameld.

                                                    ---//---

Een plan was nodig. Het eerste waar hij voor moest zorgen was dat zijn auto geen verdere beschadigingen opliep. Meneer X wist ongeveer waar hij woonde en waar de auto te vinden was, dus daarvoor was maar een oplossing, namelijk de auto ergens anders te parkeren. En wel zo ver weg, dat hij ook met een uitgebreide zoektocht te voet niet te vinden was. De eenvoudigste manier was om de auto voortaan direkt op de carpool-parkeerplaats te parkeren, een paar kilometer verderop, en daar iedere dag met de fiets naartoe te rijden. Hij reed sowieso al met de fiets daarnaartoe als hij zelf niet hoefde te rijden, dus dat was geen grote verandering. Bovendien deed hij zo nog meer voor zijn gezondheid, en zo rationaliseerde zich Diederick over dit ongemak heen.

Om zich te kunnen wreken op meneer X, moest hij hem eerst bespioneren. Hij moest te weten komen waar hij woonde, hoe hij heette, waar hij zijn auto parkeerde, zodat hij het hem op een passende manier betaald kon zetten. Wat de volgende stappen zouden zijn wist hij nu nog niet precies, en dat hoefde hij ook nog niet te weten, het belangrijkste was om nu eerst meer te weten te komen over zijn contrahent. Tot nog wist hij niet meer dan dat deze op een doordeweekse dag samen met zijn vrouw om vijf voor zeven 's morgens door zijn straat was gereden. Waarschijnlijk kwam hij dagelijks door deze buurt, zo had hij de mogelijkheid gehad om Diedericks' auto onder handen te nemen.

Het eerste plan zag er alsvolgt uit: Om zeker te zijn dat hij hem niet zou ontkomen, zou hij extra vroeg opstaan, met de fiets zijn auto ophalen, de auto weer voor de deur parkeren, en in de auto meneer X opwachten. Er bestond een kleine kans dat meneer X zich weer aan zijn auto zou willen vergrijpen, in dat geval kon hij hem op heterdaad betrappen. Daar hij nu uit ervaring wist dat een getuigenbericht van hem alleen niet genoeg zou zijn, zou hij zijn fototoestel meenemen. En om op alles voorbereid te zijn, je wist maar nooit, zou hij ook een groter ijzeren steeksleutel meenemen om zich te kunnen verdedigen. In ieder geval zou meneer X waarschijnlijk door de straat rijden, en Diederick zou hem kunnen volgen, om er zo achter te komen waar hij woonde of werkte.

Hij koos een doordeweekse dag uit waarop hij niet hoefde te werken, zodat hij meer tijd had. Om kwart over vijf stond hij op, liet zijn plannetje nog eens door zijn hoofd gaan om eventuele fouten te ontdekken, en stapte op zijn fiets. De benodigdheden had hij in een plastic zak onopvallend bij zich. Nog moe en een beetje slaapdronken wachtte hij voor het stoplicht bij het grote kruispunt met de stadsring, en keek verveeld naar de voorbijrijdende auto's. Het was kwart voor zes, om deze tijd waren er dat nog niet zoveel. Een auto trok zijn aandacht. Diederick kon zijn ogen niet geloven. Vijf volle seconden staarde hij naar de auto van meneer X die hem op het kruispunt van links tegemoet kwam en voorbijreed. Geen twijfel mogelijk. Het kenteken paste. Zijn vrouw zat weer naast hem. Zo vroeg al?

Diederick was even uit het veld geslagen. Wat nu? Als hij nu verder fietste om zijn auto te halen, dan liep hij gevaar dat hij meneer X kwijtraakte, en de hele aktie nog eens zou moeten herhalen. Na ongeveer een halve minuut erover nagedacht te hebben, keerde hij om en fietste zo snel mogelijk terug naar huis. Met de auto moest je een behoorlijke omweg rijden, dus de kans was groot dat hij met de fiets eerder aan zou komen in zijn straat dan meneer X. Wat hij zou doen als hij hem zou ontdekken wist hij niet, hij handelde nu op instinct.

Enigszins buiten adem kwam hij aan, maar de auto was in geen velden of wegen te bekennen. Diederick dacht koortsachtig na. Dat meneer X hier doordeweeks 's ochtends vroeg met de auto kwam, betekende dat hij op weg was naar zijn werk. Hij of zijn vrouw. Dat betekende ook, dat hij hier ergens in de buurt moest werken. De straat waar Diederick woonde was namelijk diep in de binnenstad, en werd als zodanig weinig gebruikt voor doorgangsverkeer. Hij begon langzaam alle straten in de buurt te doorkruisen op de fiets, en speurde naar de auto van meneer X. Natuurlijk kon het zijn dat deze ondertussen ergens in een parkeergarage stond waar Diederick hem niet kon vinden, maar iets beters schoot hem niet te binnen.

Zo was hij ongeveer een kwartier bezig, toen zijn hart opeens een slag oversloeg. Bingo! Heel opvallend zat meneer X in zijn auto de krant te lezen. De auto stond voor de ingang van een klein kantoorgebouw, precies onder het felle licht van een lantaarnpaal. Diederick fietste aan hem voorbij en richtte een verstolen blik naar binnen. Meneer X had niets in de gaten, en was verdiept in zijn Telegraaf. Diederick fietste de hoek om, stapte af en dacht na. Wat had dit te betekenen? Ging meneer X extra vroeg naar zijn werk, op zoek naar Diedericks' auto, om dan de rest van de tijd te wachten tot hij moest beginnen? Of had hij zijn vrouw weggebracht en wachtte nu tot zij klaar was? Misschien was de vrouw schoonmaakster en moest overal maar een uurtje werken. Als dat zo was, dan kon het nog lang duren voordat Diederick erachter kwam waar meneer X woonde. Ook de mogelijkheid om meneer X' auto onder handen te nemen terwijl die op zijn werk was, bleek nu niet meer te realiseren.

Onzeker wat hij nu moest doen, fietste Diederick langzaam door de woonwijk. Met tussenpozen van 5 minuten fietste hij nog twee keer langs de auto, de situatie veranderde zich niet. Hij besloot de zaak eerst even te laten rusten, en ging bij de bakker naar binnen, waar hij koffie met een broodje bestelde en de zaak voor de zoveelste keer door zijn hoofd liet malen. Na een half uur stond hij op, betaalde en verliet de zaak. Zijn nieuwsgierigheid overmandde hem, en - deze keer te voet - sloeg hij nog een keer de straat in waar hij de auto had zien staan. De auto stond er nog steeds. Diederick naderde de auto van achteren. Hij wilde in het voorbij gaan op het raam bonzen en proberen meneer X angst aan te jagen met de woorden „Ik weet waar je werkt, ik hou je in de gaten“, of woorden van die strekking. Hij was de auto tot op ongeveer vijf meter genaderd, toen hij merkte dat meneer X niet in de auto zat! Dit plannetje, dat sowieso al niet al te sterk was, zou nu dus ook in duigen vallen. Diedericks handen verkrampten in zijn broekzakken, alwaar hij zijn sleutelbos bemerkte. Hij haalde de sleutels uit zijn zak. Schichtig keek hij om zich heen. Niemand te zien. Toen hij direkt langs de auto liep, zette hij zijn autosleutel met de punt op de lak van de deur, drukte stevig aan, en liep langzaam verder. De sleutel veroorzaakte een onverwacht hard krassend geluid, dat zich weerkaatste tussen de huizen in de donkere, lege straat. De huizen leken hem verwijtend aan te kijken. Het geluid leek steeds luider te worden, alsof het nog eens versterkt werd door de echos. Diederick keek zenuwachtig om zich heen. Als er nu iemand voorbijkwam, dan zou hij zich snel uit de voeten moeten maken. Er gebeurde niets. Diederick liep onbemerkt verder en stak zijn sleutels terug in zijn zak. Zijn zenuwen werden langzaam verdrongen door een weldadig gevoel, dat zich in hem uitbreidde. Zijn lichaam ontspande zich vanuit zijn buik in de richting van zijn ledematen. Hij haalde diep adem. Een punt voor Diederick, dacht hij.

7 opmerkingen:

  1. 'De huizen leken hem verwijtend aan te kijken.'
    Mooi zinnetje. In deze aflevering lag mijn sympathie daardoor bij de huizen.

    Ik dacht dat onbemerkt een germanisme was en heb het opgezocht maar het bestaat echt. Ik zou onopgemerkt geschreven hebben. Zou je na een tijdje een soort ballingentaalgebruik krijgen, dichter bij schrijftaal en verder af van de dagelijkse Nederlandse spreektaal?
    Of kom ik niet vaak genoeg buiten de Betuwe?

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Ja mijn Nederlandse spraakgebruik krijgt last van Duitse wendingen, als je verstaat wat ik meen.

    Die verwijtende huizen heb ik uit een of andere tekenfilm. Vond ik wel goed passen.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Als het om de reakties gaat, kun je beter een spin fotograferen of zeggen dat meeroken niet ongezond is, dan een verhaal schrijven. Hebben de echte schrijvers toch gelijk, schrijven is eenzaam.

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Ja Bob, en dan hoef je de foto niet eens zelf te maken. Ik krijg zelfs op gestolen foto's soms meer reacties dan wanneer ik heb zitten schaven aan woorden en zinnen en het gevoel heb dat de tekst af is.

    Ik zit wel op deel 8 te wachten maar probeer je eens te verplaatsen in een lezer. Je leest het en wil eigenlijk gewoon verder lezen maar ik moet wachten tot jij zin hebt om verder te schrijven.
    Als ik een reactie achterlaat dan is dat lastig. Het is jouw verhaal. Als lezer mag je je daar eigenlijk niet mee bemoeien. Een broedende kip moet je met rust laten.
    Je merkt het misschien niet altijd aan mijn reacties maar ik ben wel degelijk bang om mensen te kwetsen met mijn kritiek. Ik vind het erg goed dat je dit verhaal schrijft en ons steeds een stuk laat lezen. Ik ben bang dat kritiek je van je apropos brengt. Teveel complimenten is ook niet goed, dat komt zo slijmerig over.
    Hoort schrijven niet eenzaam te zijn? Of is dat een aangeleerd cultuurtje of een bepaald onvermogen?

    Gisteren zat ik in de auto te luisteren naar een radio interview met schrijfster/filosofe/columniste/etc.. Marjolein Februari. Ze vertelde dat ze als ze aan een boek werkt tussendoor niemand iets laat lezen maar dat ze in tegenstelling tot veel schrijvers wel zorgt dat ze overal en nergens komt en dat inspireert haar ook bij het schrijven.
    Ze gelooft niet in afzondering maar wel in niet tussendoor laten lezen. Zij heeft het niet nodig want ze niemand is zo kritisch als zijzelf op wat ze schrijft.

    BeantwoordenVerwijderen
  5. feedback op verhalen is,zoals marjan al aangeeft lastig, omdat je daarmee de kunstenaar in zijn ziel raakt, precies daar waar de verhalen ontspruiten

    kijk maar naar OZ en haar reactieblog


    toevallig las ik laatst dat wraak niet helend is, maar juist meer stress op levert, later, het weldadige gevoel schijnt dus maar kortstondig te zijn,
    vergeving is voor ons als mens een betere optie, maar ja, niets menselijks is ons vreemd


    wat ook werkt, is zinnen op wraak, even lekker je fantasie laten gaan en het dan weer laten rusten en telkens als je je gefrustreerd voelt door onmacht, je fantasie weer op te pakken...uiteindelijk krijg je dezelfde bevrediging zonder dat je daadwerkelijk in de fout bent gegaan...

    het is de vraag of dat diederick dat een bevredigende optie vindt...
    een kras in het lak is dat erg?

    BeantwoordenVerwijderen
  6. Het nadeel van wraak is dat het meestal een tegenreaktie oproept, en dan nog een, en dan nog een. Israel en de Palestijnen schieten me te binnen als sprekend voorbeeld. Dat is het geval als beide partijen er oprecht van overtuigd te zijn gelijk te hebben.

    Dat een wraak die in verhouding staat tot de oorzaak, bij de wreker stress oproept, dat betwijfel ik.

    BeantwoordenVerwijderen
  7. Als je een kras in de autolak fatsoenlijk laat repareren, kost dat een aardige som. Het betreffende onderdeel moet bewerkt worden en compleet nieuw geverfd worden.

    BeantwoordenVerwijderen