30 september 2010

Twee absolute vegetariers

Aan iedereen die meent dat je vlees moet eten om de nodige kracht te kunnen ontwikkelen, hier twee plaatjes van absolute vegetariers:

1. De gorilla



2. De gladiator in het Romeinse rijk (ja, dat waren vegetariers)

Het verschil tussen mannen en vrouwen, deel 3

In het kader van populaire onderwerpen die de aandacht trekken zonder dat je er veel voor hoeft te doen.

Een belangrijke verschil tussen mannen en vrouwen is hun houding ten opzichte van zwakkere wezens. Vrouwen hebben sympathie, medelijden, en eventueel een behoefte om te verzorgen. Mannen zien een concurrent waar ze niet bang voor hoeven te zijn, of een slecht voorbeeld waar je liever niets mee te maken wilt hebben, een LOSER waar je uit de buurt moet blijven, want stel je voor dat het besmettelijk is. Persoonlijk voel ik soms in zulke situaties een regelrechte afkeer.

Het duidelijkste zie je dit bij dieren. Er zijn meer vrouwen vegetarisch, en dit ligt behalve aan de smaak voor een belangrijk deel aan dierenliefde. Dieren zijn in onze maatschappij de zwakkere wezens. We kunnen ze gevangennemen, doden, kweken, we kunnen met ze doen wat we willen. Dus zijn ze zwak. Vrouwen hebben medelijden en empathie met de dieren, en de neiging om ze te beschermen. De omgamg van de uitgesproken man met dieren is heel anders. Is het dier nuttig, dan wordt het gebruikt. Is het lastig, dan wordt het uit de weg geruimd. Is het dier sympathiek (de hond), dan kan hij het als huisdier nemen.

Het tweede voorbeeld zijn kleine kinderen, het liefste kinderen van anderen. De eigen kinderen zal de man nog wel beschermen, omdat zijn genen op het spel staan. De kinderen van anderen? Ga er even van uit dat het geen kinderen zijn met wie hij beroepshalve te maken heeft. Maar bijvoorbeeld kinderen die bij hem voor de deur op straat spelen. Lastig! Of een baby van een vreemde die voorbijkomt in het park in de kinderwagen. Heb je wel eens een man vertederd naar een baby zien kijken van een vreemde? Zo ja, tien tegen een dat zijn vrouw erbij is.

28 september 2010

Conclusie homeopathie

Dat homeopathie "geinstitutionaliseerd bedrog" is, weet iedereen die nog met beide benen op de grond staat en niet meezweeft op de hype. Zie ook "De krachtige werking van homeopathie". En toch lijkt homeopathie een bestaansrecht te hebben.

Na bezichtiging van het bewijsmateriaal, rekening houdend met alle standpunten en de nieuwste wetenswaardigheden, ben ik tot de volgende conclusie gekomen, waarmee de discussie voor eens en voor altijd als gesloten kan worden beschouwd (a.u.b. zorgvuldig lezen voordat U mij om de oren slaat met argumenten tegen een drogbeeld van mijn mening):

Homeopathie is toch goed, want het maakt de geneeskunde goedkoper, met de beperking dat het alleen voor niet-ernstige en/ of psychosomatische klachten gebruikt mag worden, behalve als je weet wat het is, want dan werkt het niet meer.


Voetnoot: In verband met placebo-werking zit ik al heel lang met de volgende vraag.

Als ik er heel vast aan geloof dat ik zonder enig geneesmiddel vanzelf beter word, is dat dan genoeg om als placebo te werken?

26 september 2010

Rekensommetjes

1. Als een pizza een straal doorsnede z heeft, en een hoogte a, wat is dan de inhoud?

2. Ik laat me nooit beinvloeden door reclame op de televisie. Nou ja, bijna nooit. Misschien gebeurt het een op de duizend keer dat ik iets koop dat ik in de reclame heb gezien. Als alle mensen net zo (on-)beinvloedbaar zijn als ik, is een reclamespot dan de moeite waard?

[Update 1, 28.09.2010: Toegevoegde informatie vraag 2:
30 seconden reclametijd rond het journaal van 8 uur kosten 7590 euro (bron), er zijn dan twee miljoen kijkers (bron). Het spotje duurt een halve minuut en wordt 100 keer uitgezonden, we verwaarlozen voor het gemak de kosten voor het maken van het filmpje. Er wordt reclame gemaakt voor een shampoo van 7 euro waar 1 euro winst op wordt gemaakt.]

[Update 2, 28.09.2010: Hier staan de antwoorden.]

22 september 2010

Reageren bij AT5 - of - De eeuwige loop

Medeblogger, geestelijk moeder van de Hoi Oligoi, en voormalig Flower-Power topmodel uit Frankrijk Oud Zeikwijf oreert sinds een paar weken op AT5 Podium. Sinds een week stranden mijn pogingen om daar te reageren. Als ik het probeer, dan beland ik in een eeuwige loop. Voor wie geen affiniteit heeft met het programmeren van computers, een loop is een deel van een programma dat opzettelijk herhaald wordt. Net zolang totdat aan een of andere voorwaarde wordt voldaan. Als je een foutje in het programma hebt gemaakt, of er gebeuren dingen tijdens de uitvoering die de programmeur niet heeft voorzien, dan wordt de loop eindeloos herhaald, en dan zit je in de eeuwige loop.

Als ik de eerste poging doe om een reaktie in te geven, dan krijg ik de foutmelding:
"Gebruikersnaam bestaat al"
Ik weet dat deze gebruikersnaam al bestaat! Het is namelijk mijn eigen gebruikersnaam, in dit geval "Bobber". Maar goed, ik verander mijn gebruikers naam in "Bobber - gebruikersnaam bestaat al" en probeer het opnieuw.
Nadat ik de reaktie heb ingegeven en de anti-spam code (LAAT DIE ANTI-SPAM CODE WEG, ER KOMEN NAUWELIJKS NOG SPAMS ALS REAKTIE OP BLOGS!), krijg ik de foutmelding dat de code niet klopt.

Geachte redaktie van AT5, mijn code klopt wel, hier is het bewijs:


Ik druk op de knop "code verversen" en probeer het nog een keer. Mijn code wordt schijnbaar geaccepteerd, maar slechts schijnbaar. Want nu wordt het hele beeld opnieuw getoond, waarbij de instelling "Ik heb nog geen account bij AT5" opeens veranderd is in "Ik heb een account bij AT5":


Daar ik in werkelijkheid nog geen account heb en die ook niet wil hebben, druk ik op het knopje om de instelling weer terug te zetten. Op dat moment verdwijnt de inhoud van het reaktieveld (de spitsvondige tekst die ik met veel moeite heb bedacht) en ik begin weer helemaal van voren af aan:

Het proces herhaalt zich; ik ga voor de tweede keer door de loop. Een keer heb ik hardnekkig volgehouden en ben ongeveer 4 keer door deze hele loop gegaan, met steeds hetzelfde resultaat. Ik heb het op mijn computer thuis geprobeerd en op de computer op mijn werk, weer met hetzelfde resultaat. Vandaag heb ik het een keer geprobeerd omdat iemand suggereerde dat er iets verbeterd zou zijn. Helaas, voor mij niet.

Geachte AT5,

De kans dat u dit leest is gering maar mocht het zo zijn:
Doe er iets aan, alsjeblieft. Ik kan me niet voorstellen dat ik de enige ben met dit probleem. En op deze manier blijft u verstoken van de intelligente, spitsvondige, grappige en originele commentaren van:

Een Hollander in Duitsland.

Naief

Ik zal ongeveer 12 jaar oud geweest zijn, toen ik met mijn vader over politiek sprak. Op een gegeven moment zeg ik: "Het zou toch veel beter zijn als een politieke partij niet steeds voor een deel van de bevolking vecht (de armen, de middenstand, de rijken, de christelijken), maar in plaats daarvan de hele bevolking vertegenwoordigt?". "Ja, dat zou mooi zijn", antwoordde hij.

20 september 2010

Boulderen

In het kader van de midlife-crisis, het krampachtig proberen vast te houden aan de jeugd en de wanhopige pogingen lichamelijk fit te blijven, ga ik af en toe met mijn zoon klimmen in de sporthal. De klimhal in Erfurt die wij bezoeken heet in goed Duits BlockPark en er wordt daar niet geklommen of gekletterd, maar gebouldered.

Eigenlijk heb ik hoogtevrees, maar bij deze vorm van klimmen is dat nauwelijks een bezwaar door de geringe hoogtes. Bouldern is een vorm van sportklimmen waarbij je maximaal 2 of 3 meter boven de grond bent. De grond is bedekt met  een halve meter dikke schuimrubberen matten, dus je moet wel heel onhandig vallen om jezelf pijn te doen. Bouldern is iets meer op kracht gericht dan het traditionele sportklimmen, maar ook hier kom je veel verder door zoveel mogelijk "technisch" te klimmen en daarbij zo min mogelijk kracht te gebruiken.

Er zijn meerdere dingen fascinerend aan deze vrijetijdsbesteding.

Het is een zeer natuurlijke bezigheid voor mensen om op deze manier geringe hoogtes op te klauteren. Dat merk je bijvoorbeeld daaraan hoe graag kleine kinderen in de hal komen en klimmen, en hoe ze zonder na te denken vaak soepel naar boven klimmen. Het is voor hun meer een gespecialiseerde speeltuin dan een "extreme sport".

Het is een aardige manier voor mijn zoon en mij om ons te meten. Je weet wel hoe dat is met zonen en vaders: de zoon probeert steeds weer bij het stoeien of hij nu al sterker is dan papa, bij het schaken of hij al slimmer is en bij het argumenteren of hij al overtuigender is. Ik denk dat het  belangrijk is dat hij ook af en toe wint, al gaat dat tegen mijn eigen overwinningsdrang in. Ik moet ook wedstrijdjes met hem doen waarvan ik weet dat hij ze wint, en ik moet daar een volwassen gezicht bij trekken. Zo kon hij gisteren twee keer een route klimmen die ik niet redde. (Waarbij ik eerlijkheidshalve moet zeggen dat ik niet meer zo bereid ben om tot het uiterste gaan om iets te presteren als vroeger.)

Het is mooi om klimmers te bekijken die het al beter kunnen. Zelfs als we pauzeren aan de bar zitten we de hele tijd naar filmpjes op de monitor te kijken van zogenaamde profi's. Soepel als een kat en behendig als een berggeit veroveren ze de bergwand. In de hal zelf zie je mensen soms aan handgrepen voorbij klimmen, aan die je zelf niet eens je eigen gewicht kunt houden als je het probeert.

Zowel voor de profi's als voor de beginners zijn er routes in de passende moeilijkhheidsgraad. Zo is het voor iedereen mogelijk om routes te proberen die je net niet kunt, de moeilijkheden te analyseren, verschillende technieken uit te proberen, en net zo lang door te gaan tot het lukt of totdat je geen kracht meer hebt. Het is een aangename en ongevaarlijke manier om je eigen grenzen op te zoeken. Het is in principe gezond voor je lichaam en geest, waarschijnlijk met uitzondering van de vingers en hun gewrichten; deze worden wel erg zwaar belast.

Eigenlijk kan ik geen enkel nadeel bedenken. Nou goed, het is niet helemaal goedkoop; het kost echter ook niet veel meer dan een bezoek aan de bioscoop. En het is waarschijnlijk niet geschikt voor mensen die verder helemaal geen sport doen of te zwaarlijvig zijn. Waar daarbij ongeveer de grens ligt, geen idee. De goede klimmers zijn in ieder geval klein en tenger.

16 september 2010

Reblog 2 en vertaling, Shape Shifters by Scott Adams

Scott Adams is de tekenaar van de succesvolle cartoon Dilbert, een persiflage op het kantoorleven in grote technische bedrijven in Amerika. Daarnaast heeft hij een blog, dat in mijn ogen nog beter is dan de strip. Scott Adams houdt van gedachten-experimenten, hij daagt zijn lezers uit hem te volgen in ongewone gedachtenkronkels die op het eerst gezicht absurd klinken, maar waarvan je toch niet zo makkelijk kunt zeggen wat er verkeerd aan is. Het volgende stukje is daarvan een goed voorbeeld, en tevens licht het een tip op van de sluier die voor de ongewone gedachten en beweegredenen van de schrijver hangt. Ik ben zo vrij geweest het te vertalen. Hier kun je het origineel in het Engels lezen.

Niemand weet wanneer de shape shifters (vormveranderaars) voor het eerst verschenen op aarde, maar we weten dat ze agressief werden ongeveer op het moment dat homo erectus spraakvaardigheden begon te verkrijgen, ongeveer 1,8 miljoen jaar geleden.

De shape shifters leken op geen enkele andere soort die voor hen kwamen. Ze konden bestaan in vrijwel elke samenstelling van een willekeurig materiaal. Hun favoriete habitat (leef-omgeving) waren hersens, boom-materiaal, en magnetische omgevingen.

Voor de shape shifters was reizen en zich voortplanten deel van hetzelfde proces. Zij beweegden zich voort als paketjes fotonen, elektronen of zelfs lucht, en daarbij lieten ze perfecte clonen van zichzelf achter. Zij plantten zich steeds sneller voort, en daardoor evolueerden zij sneller dan welke andere soort dan ook die zich aan de beperkingen van de biologie moest houden.

Na verloop van tijd begonnen de shape shifters te heersen over de mensen, en via hun menselijke slaven regeerden ze over de rest van de wereld. De mensen zijn zich er nooit van bewust geworden dat ze door de shape shifters gestuurd werden, en dat de som van alle menselijke prestaties alleen maar gediend heeft om de shape shifters te helpen bij hun voortplanting. De shape shifters gaven aan de mensen de illusie van de vrije wil en versluierden zo hun geslepenheid.

De shape shifters hebben veel namen. In het Nederlands noemen we ze meestal
ideeen.

Een idee dat we allemaal delen is het beperkte inzicht dat ideeen niet levend zijn op de manier zoals wij dat definieren. We geloven dat ideeen onze werktuigen zijn, en niet onze heersers. Precies zo hebben de shape shifters ons geprogrammeerd om te denken. Hoewel we weten dat de ideeen in onze hoofden ons gedrag sturen, hebben wij het idee dat we elk willekeurig pad kunnen kiezen, en zo zijn we blind voor het feit dat we niet veel meer zijn dan melkkoeien voor onze onstoffelijke overlords. Alles wat wij doen als mensen draagt ertoe bij een betere omgeving te creeren waarin ideeen zich kunnen voortplanten. We zetten meer babys op de wereld zodat er meer stellen hersens zijn die opgevuld kunnen worden met ideeen. We schrijven boeken, maken films, bouwen scholen, en breiden het internet uit, en alles ten dienste van de voortplanting van ideeen.

Ik zat zo te denken omdat mij vaak gevraagd wordt „Waar haal jij je ideeen vandaan?“ Het eenvoudige antwoord luidt dat ik gewoon zo in elkaar zit, dankzij een toevallige samenloop van genen en omgeving. Maar in mijn hoofd heb ik niet het gevoel dat ik perse ideeen aan het creeren ben. Het lijkt er meer op dat de ideeen door mij heen stromen en dat ze mijn schedel gebruiken als een soort voedingsbodem. Ik open mijn ogen en mijn oren, maak mijn geheugen vrij, en laat de ideeen binnenstromen om te paren en zich te ontwikkelen. Als een „nieuw“ idee zich voorstelt aan het deel van mijn hersenen dat tekent en schrijft, dan ontstaat er een nieuwe Dilbert cartoon. Als ik het idee niet in drie tekeningetjes past, dan wordt het een log.

Ik heb de niet de illusie van vrije wil, ik weet niet waarom, en zo heb ik altijd de indruk dat ik geregeerd word door ideen. Al mijn zogenaamde beslissingen worden in feite gestuurd door mijn ideeen over de werkelijkheid. Ik probeer bijvoorbeeld niet door muren te lopen, omdat ik het idee heb dat ik dat niet kan. Ik eet als ik honger heb, omdat ik het idee heb dat voedsel dat probleem gaat oplossen.

Als het misschien overdreven klinkt dat ideeen onze heersers zijn, denk er dan eens aan dat veel mensen hun leven gegeven hebben om hun ideeen te behouden, maar dat er nooit een idee is gestorven om een mens te redden.

Reblog, mislukte superheld

Als ik ergens hardop om moet lachen, dan jat ik het wel eens van een andere website.


epic fail photos - Superhero FAIL
see more EpicFail

De positieve en de negatieve kijk, naschrift

[Ik was zo ingenomen met mijn eigen laatste reaktie, dat ik hem tot nieuwe log verhef.]

De werkelijkheid is zo ingewikkeld dat niemand hem volkomen kan bevatten of analyseren. Daarom maken we versimpelingen. Om te zeggen dat een mens of een blogger positieve en negatieve kanten heeft, is al genuanceerder dan te zeggen dat bloggen alleen maar goed of slecht is, maar toch is dit op de keper beschouwd nog "eine zum Himmel schreiende Vereinfachung". Het is namelijk helemaal niet zo eenduidig of een eigenschap goed of slecht is, dat hangt bijvoorbeeld nog af van het standpunt van de betrachter. Is de betrachter de blogger zelf, of iemand uit zijn direkte omgeving, of een medeblogger of een lezer? Al deze mensen zullen de eigenschappen verschillend beoordelen.

Een poging om de werkelijkheid grondig en oprecht te beschrijven zou ongelooflijk moeilijk, lang, doorwrocht en saai worden. Een al te grove versimpeling daarentegen is weer een belediging van de intelligentie van de lezer of de toehoorder. Iedereen die probeert iets te beschrijven of te vertellen moet zijn passende plek vinden op deze scala die ergens links (niet politiek links) begint bij de Bild-Zeitung, die heel populair is maar slechts door weinig mensen serieus genomen wordt,  en ergens rechts eindigt bij de wetenschappelijke onderzoeker, die zeer betrouwbaar is maar door niemand gelezen wordt.

9 september 2010

Een positieve kijk op de blogger

Nou vooruit dan maar:

We hebben een blik geworpen op de duistere kant van de blogger, heeft hij nu ook een goede zijde? Natuurlijk! Het glas is tot de rand toe vol zegt immers de optimist, en zo niet dan roept hij snel de barkeeper.

De blogger is creatief. De blogger denkt na. De blogger is kritisch. De blogger heeft een brede belangstelling. De blogger is een sociaal mens. De blogger is niet bang.

De blogger is creatief. Hij gaat geregeld zitten om na te denken en ideeen door zijn hoofd te laten gaan. Vaak heeft hij in de loop van de dag ideeen om over te schrijven die hij niet eens goed genoeg vindt om te gebruiken. Als hij eenmaal is begonnen met schrijven, dan borrelen de gedachten en invallen in hem op. Met creativiteit is het net als met andere lastige taken: als je er eenmaal aan begonnen bent, dan gaat het vanzelf door.

De blogger denkt na. Hij schrijft niet zomaar iets op, hij besteedt zorg aan zijn gedachten. Hij controleert ze voordat hij op het knopje publiceren drukt, en niet zelden verdwijnt een heel stukje weer in de virtuele prullenbak, omdat het niet aan zijn eisen voldoet.

De blogger bekijkt zijn direkte omgeving kritisch. Hij maalt over dingen die anderen als vanzelfsprekend aannemen. Hij is als de filosoof, die zich als een kind blijft verbazen over de wereld waarin hij leeft.

Een brede belangstelling is een eerste vereiste voor de blogger. Zonder interesse zou hij snel uitgeschreven zijn. Hij schrijft over van alles en nog wat, en heeft daarbij het voordeel dat hij er geen geld mee hoeft te verdienen. Zo heeft hij namelijk geen uitgever of censureerder die hem beperkingen oplegt.

Bloggen is een sociaal gebeuren. Bloggers lezen bij elkaar en bouwen een soort relaties met elkaar op. Ook al zijn deze relaties oppervlakkiger dan de relaties van vlees en bloed, toch gelden er veel van dezelfde regels. Weliswaar kun je met grofheid en botheid een heel eind komen als blogger, maar zelfs zulke bloggers krijgen op den duur een publiek van vrienden die het met hen eens zijn. De botheid is dan meestal gericht tegen iemand die niet aanwezig is (net als in het echte leven).

De blogger is niet bang. Herstel: de blogger is net zo bang als alle anderen mensen, maar hij confronteert zijn angsten. Hij deelt soms intieme of gewaagde ideeen met iedereen die toevallig voorbijkomt, en stelt zich daarmee bloot aan kritiek, en die krijgt hij dan ook geregeld. Denk niet dat de anonimiteit een vrijbrief is om maar te zeggen wat je wilt. Als je onder je nickname wordt aangevallen, dan heeft dat emotioneel precies dezelfde uitwerking als onder je echte naam. De blogger weet dit.

De blogger durft te leven.

6 september 2010

Een kritisch profiel van de blogger

De blogger is een Selbsdarsteller. De blogger is niet volwassen. De blogger staat graag in het middelpunt van de belangstelling. De blogger vindt dat hij de wereld wat te melden heeft, ook al geeft zijn direkte omgeving hem geen aanleiding voor dit idee.

Een Selbsdarsteller is iemand die zichzelf graag in het zonnetje zet. Hij verlangt naar bewondering en erkenning door zijn medemensen, omdat hij een fragiel en wankelend ego heeft. De bewondering en erkenning heeft voor zijn ego dezelfde betekenins als een gieter met water en kunstmest voor een klein dor plantje.

Wanneer is iemand volwassen? Een volwassene weet waar zijn talenten liggen, en kent zijn fouten. Een volwassene wordt niet boos of gefrustreerd wanneer iemand hem op zijn fouten wijst, omdat hij die zelf al kent. Als je een volwassene een fout verwijt die hij nog niet kent, dan zal hij met een open oor luisteren of je misschien gelijk hebt. Een volwassene loopt niet achter talenten aan waarvan in zijn jeugd al duidelijk is geworden dat hij ze niet heeft.

De blogger heeft geen scherp beeld van zichzelf. Daarom verkeert hij in de veronderstelling dat het belangrijk is, wat hij de wereld te melden heeft. Hij kan de waarde van zijn bevindingen echter niet beoordelen door zijn onderontwikkelde zelfreflectie. En daarom gooit hij ze maar de wereld in.

De blogger zou eens wat vaker naar de kroeg moeten gaan. En praten met echte mensen.


Volgende week:
Een positieve kijk op de blogger.

1 september 2010

Heb jij ook zo'n stress?

Dit is een klaagblog, ik heb last van zelfmedelijden. Gisteren stond ik voor het allereerst op het punt om op staande voet ontslag te nemen. Ik heb de grenzen van mijn belastbaarheid bereikt. Nu vraag ik mij af of dat iets met Duitsland te maken heeft, met grote bedrijven, met serieproductie, met mijn leeftijd, of dat het gewoon toeval is.

Ik ben industrieel programmeur voor CNC-machines. De besturing van een CNC-machine is ingewikkeld en bestaat uit vele delen, zoveel dat ik schat dat er ongeveer 20-50 mensen aan de software gewerkt hebben om een complete besturing van absoluut niets tot het eindpunt te programmeren. Ik doe daarvan een klein deel (voor de kenners: OEM-PLC, gereedschapwissel-cycles, en automatisering van de serie-Inbetriebnahme).

De situatie

1 - De korte versie
Ik krijg geen gelegenheid om me op mijn hoofdtaken te concentreren.

2 - De lange versie
- We nemen op het moment een nieuwe machine in bedrijf, een prototype voor een nieuwe serie. De inbedrijfname en complete test van een prototype duurt meerdere weken tot enkele maanden (later in de serieproductie moet het in een paar dagen gebeuren). Als de machine mechanisch ongeveer half klaar is, wordt de stroom ingeschakeld. Dan begint de elektrische en software-inbedrijfname, op dat moment ben ik aan de beurt. De stroom kon pas 4 dagen later ingeschakeld worden dan gepland. Bij een prototype is het in mijn ogen normaal dat er onverwachte vertragingen zijn. Jammer genoeg kun je onverwachte dingen niet inplannen, dat is logisch gezien onmogelijk. Bij zulke gelegenheden wordt de planning over het algemeen wel aangepast, maar niet zo dat de einddatum opgeschoven wordt. Het resterende traject van de planning wordt bij vertragingen bij voorkeur niet in zijn geheel naar achteren geschoven, maar IN ELKAAR GEDRUKT. Omdat wij van de software helemaal achterin het traject zitten, worden wij dus altijd meegedrukt.
- Op de tweede dag van de inbedrijfname kreeg ik een map op mijn bureau met een briefje. De servicemonteur die een grote modificatie en software-update aan een machine doorvoert in Indie, is op de plek van bestemming aangekomen en heeft mijn ondersteuning nodig (ik heb de modificatie voorbereid). Ik telefoneer met hem, zoek naar een storing en stuur hem veranderingen per e-mail.
- Aan de prototype-machine worstelen we sinds een hele dag met een vreemde storing. Twee collega's zijn erbij, er wordt getelefoneerd met experten van Siemens, maar niets helpt. De tijd dringt.
- Op dezelfde dag komt een collega voorbij die voor de software-administratie werkt. Samen met andere collega's van het concern hebben ze besloten dat we naamsveranderingen door moeten voeren voor onze software, omdat dat beter past in de gedachtengang van de administreerders. Als ik daarmee akkoord zou gaan, dan betekent dat veel werk voor ons en waarschijnlijk problemen in de toekomst met compatibiliteit. Mijn chef bergijpt de details niet, maar dringt er toch op aan om de verandering door te voeren. Het lukt me om de boot voorlopig af te houden.
- 's Morgens belt een medewerker uit Frankrijk op, die Duits spreekt met een zwaar Frans accent. Hij heeft onnozele vragen over de bediening waar mijn hoofd totaal niet naar staat. Ik vraag hem hoe hij aan mijn telefoonnummer komt, en zeg hem dat hij met zulke vragen onze servicedienst moet lastig vallen. Snel geef ik hem nog een beknopte uitleg hoe de bediening zou moeten werken.
- Ik neem de telefoon niet meer op. Alleen voor de medewerker in Indie wil ik nog bereikbaar zijn.
- We zoeken en zoeken naar de storing maar komen niet verder.
- Af en toe kijk ik op mijn blog. Daar vinden rare ruzie's plaats.
- 's Middags komt een van mijn chefs langs (ik heb er drie). Hee Bob, waar is je telefoon? Hier. Je moet wel opnemen als er gebeld wordt, he. Ik zwijg. Ja, de chef van service heeft gebeld. Je moet schijnbaar nog programma's opsturen naar de monteur in Indie, en er is nog een steeds een storing. Bij mij loopt nu het vat over. Ik zeg: De chef van service weet niet waar hij het over heeft; ik heb de programma's al lang opgestuurd, en er is geen storing meer, er is alleen nog een vals alarm, dat ik echter van hieruit niet verhelpen kan.
Ik merk dat ik zo opgewonden ben, dat ik op het punt sta mijn chef uit te foeteren. In plaats van ervoor te zorgen dat ik me op mijn werk kan concentreren, fungeert hij als doorgeefluik voor alle klachten. Ik sta op springen. Ik loop weg en zeg dat ik naar de WC moet. Mijn chef blijft een beetje verbouwereerd staan. Op de WC blijf ik 10 minuten zitten en overweeg of het geld dat ik voor dit werk krijg het waard is dat ik me zo op mijn huid moet laten zitten. Mijn huid is daarvoor niet dik genoeg. Ik kom tot de conclusie dat ik eerst maar ander werk moet vinden voordat ik ontslag neem (of mijn wereldreis op de fiets georganiseerd moet hebben).

Tot zover, uw nog steeds werkende en ploeterende Hollander In Duitsland.