28 mei 2009

Een goed geheugen

Heb ik niet. Ik heb een slecht geheugen. Tenminste, dat denk ik. Ik ben er nog niet uit. De andere mogelijke reden voor het feit dat ik zoveel vergeet is dat mij zo weinig interesseert, maar dat klinkt een stuk minder sympathiek. Dat was volgens mijn ex de oorzaak. Helemaal uit de lucht gegrepen is dat niet, want als iets me echt interesseert, dan onthoud ik het ook. Een paar voorbeelden van mijn geheugen disfunctionaliteit:
- Als ik 2 weken op vakantie geweest ben, weet ik van mijn sommige van mijn collega's hun naam niet meer. Als ik er diep over nadenk kom ik er soms wel weer op, maar niet altijd.
- Ik weet vaak niet meer wat de laatste film is die ik in de bioscoop heb gezien. Ik ga 2-3 keer per maand naar de film.
- Ik heb expres overal hetzelfde password. Dat is natuurlijk niet slim om openbaar te vertellen, maar jullie komen er toch niet op.
- Ik ruim altijd alles op dezelfde plaats op, omdat ik het anders niet meer kan vinden. Mijn huissleutels heb ik altijd in mijn linker broekzak, de auto- en fietssleutels in de rechter. Het gebeurt me heel vaak dat ik bij het klussen een stuk gereedschap neerleg, mij omdraai om iets te doen, mij weer terug draai, en dan vind ik het niet meer; echt waar, ik word er gek van.
- Ik loop regelmatig een een rondje om het blok om mijn auto te zoeken.
- Van de mensen waar ik mee op school gezeten heb, kan ik hooguit nog 5 namen noemen. Wenn es hoch kommt.

Er zijn verschillende methode's en oefeningen om het geheugen te verbeteren, maar allemaal hebben ze een ding gemeen: het koste moeite. Je moet de dingen aan die je je wilt herinneren een paar maal terug roepen in het geheugen, en dan 'settelt' het zich. Ik ben ervan overtuigd dat als ik er genoeg moeite voor doe, ik dan veel meer kan onthouden. Maar andere mensen hoeven daar toch ook geen moeite voor te doen? Ik heb een collega die een artikel dat hij de vorige dag gelezen heeft bijna letterlijk kan navertellen. Veel mensen weten nog precies met wie ze op school gezeten hebben, zonder dat ze daar moeite voor doen.

Ik ben bekend met de fenomenen korte-termijn en lange-termijn geheugen, het probleem bij mij is het lange-termijn geheugen. Ik wil geen oefeningen. Ik wil een pil!

23 mei 2009

Huisvlijt

Sinds ruim 5 jaar heb ik pianoles. Vroeger in mijn tienerjaren heb ik klarinet en saxofoon gespeeld, en ik heb zelfs een blauwe maandag met een elektrische gitaar in een bandje gespeeld, net als ongeveer de helf van de bevolking. Ik heb zelfs auditie gedaan bij een conservatorium, maar ik heb het toelatingsexamen niet gered. Achteraf gezien maar goed ook, want met mijn middelmatige talent had ik waarschijnlijk geen droog brood verdiend in de muziekbusiness.

Muziek is een wunderbare hobby. Je leert een beetje theorie, je leert mooie muziekstukken te spelen. Een van de leuke dingen is dat je bij het oefenen steeds nieuwe dingen leert. Dingen die je eerst niet kan, neem je uit elkaar in kleine stukjes, je maakt er oefeningen voor en het wonder gebeurt: opeens kun je het. Dat is zeer bevredigend. Sommige dingen lukken natuurlijk niet, die zijn te hoog gegrepen, of je hebt het in eerste instantie onderschat. Je denkt: als ik het 2 of 3 keer achter elkaar probeer, dan gaat het vanzelf. Als dat niet lukt, moet je een pas op de plaats doen en voor jezelf toegeven dat je ergens tegenaan bent gelopen dat je nog niet kunt, en je moet er serieus aandacht aan besteden. Je moet de tijd nemen het probleem verwerken, je kunt de weg niet afsnijden. Als je er zo mee aan het werk gaat, zul je meestal merken dat het na een tijdje inderdaad lukt. Is dat niet het geval, dan is het werkelijk te hoog gegrepen, en dan kun je niet anders dan het stuk wegleggen en het later nog eens proberen.

Het stuk in het filmpje is een etude van Chopin. Chopin is samen met Beethoven mijn lievelingscomponist van pianomuziek. Mijn muziekleraar is ook gek van Chopin, dus dat komt goed uit. De etudes van Chopin zijn, anders dan andere etudes, ook altijd mooie muzikale stukken. Deze etude is de eerste van drie, die in 1839 voor een boek genaamd 'Methode des Methodes' geschreven werden. In deze etude wordt een bepaalde zogenaamde polyrhytmiek geoefend. Polyrhytmiek betekent meerder ritme's tegelijk door elkaar heen. In dit geval speelt de linkerhand een gewoon ritme van achtste noten in de vierkwartsmaat. De melodie van de rechterhand gaat daar tegenin met triolen van kwartnoten. Dat betekent dat je continu links vier tonen speelt terwijl je rechts drie speelt. In de popmuziek en jazz komen triolen zeer veel voor, maar niet in dit ritme. Daar is het normaal gesproken twee tegen drie. Ik zit te denken of ik een bekend voorbeeld kan verzinnen... In het nummer Back To Black van Amy Whinehouse zingt ze in het refrein 'He only said goodbye with words...“; de woorden He Only Said zijn precies een triool tegen twee kwartnoten van het ritme. Misschien kun je je er zo iets bij voorstellen.

Omdat ik in het begin de 4 tegen 3 triolen absoluut niet kon spelen, heb ik ze wiskundig uitgeschreven. Je krijgt dan zoiets:
L: 1 x x 2 x x 3 x x 4 x x 1 x x 2 x x 3 x x 4 x x
R: 1 x x x 2 x x x 3 x x x 1 x x x 2 x x x 3 x x x

Dat was volgens mijn pianoleraar wel interessant, maar zo mag je niet denken als je het stuk voordraagt. Dat doe ik dan ook niet, het is alleen een hulpmiddel geweest om de beginselen te leren.

19 mei 2009

Blik op de kattentrap

Met mijn nieuwe speelgoed, een Fuji Film fototoestel voor 79 euro waar je ook filmpjes mee kan maken, ben ik in de weer geweest en jullie mogen ervan meegenieten. Als eerste een blik op Casimir die de kattentrap afgaat. Het is een grappig gezicht, omdat de trap erg stijl is en Casi er altijd heel voorzichtig afloopt. Op een gegeven moment lijkt hij helemaal niet meer op een kat, maar meer op een bever.

(Ik heb deze week vrij vanwege Kurzarbeit, dus als ik af en toe zinloos veel aanwezig ben, dan weet je hoe het komt).

16 mei 2009

Twee nul negen, de Rennsteiglauf

Is mijn tijd. Ik ben behoorlijk trots, ook al is het geen tijd voor serieuze hardlopers, voor mij is het een hele prestatie. De resultaten zijn nog niet online, dus hier een fotootje van mijn loopcomputer die als bewijs moet dienen:


Verslagje:

Om kwart over vier opgestaan om te ontbijten, brood te smeren voor onderweg en dan de bus te halen van half zes. Er werd niet veel meegedeeld, de organisatoren gingen er blijkbaar van uit dat iedereen wel wist hoe alles loopt.

Kort voor de start moest ik nog naar de WC, maar op een evenement waar in totaal 15.000 mensen aan mee doen is dat nogal tijdrovend. Er stonden ongeveer 50 Dixie-WC's, met overal rijen ervoor van in totaal enkele honderden mensen. Ik dus gewacht tot vlak voor de start, een beetje kritisch qua timing, maar toen ging het wel sneller.

Alleen aan de halve marathon deden 6.000 mensen mee. We waren ingedeeld in 6 groepen. De groepen worden in principe ingedeeld naar snelheid, baserend op het resultaat van vorig jaar. Maar als je voor de eerste keer meedoet kom je automatisch in de laatste groep. De groepen starten na elkaar met een tijdverschil van drie minuten. Je tijd wordt automatisch gemeten met een chip die je aan je schoen kan doen. Aan de start en aan de finish loop je over een soort elektronische mat waarmee alle chips gedetecteerd worden.

Ik zat dus bij de langzaamste groep, en dat heb ik geweten. Ik ben geen snelle loper, maar bij de Rennsteiglauf doet echt iedereen mee, en dan zijn er ook een heleboel die langzamer zijn dan ik. De route bestaat echter voor een groot deel uit bospaadjes van 2 tot 3 meter breed, zodat het inhalen bijna onmogelijk wordt. Het had geregend, dus de weg was ook lekker modderig. Ken je dat gevoel op de snelweg wanneer je haast hebt, je rijdt in een snelle auto, maar vanwege de drukte kom je er niet langs? Wat zeg ik, jullie wonen in Nederland, daar is het immers altijd zo. Nou, zo was het ook bij het lopen vandaag. Ik ben van links naar rechts gesprongen om aan de mensen voor bij te komen, vaak moest ik wachten alsof ik in de file stond, regelmatig ben ik net als vele anderen naast de paden gelopen om in te halen. Dat is in het Thüringer Wald moeilijker dan pak'm beet in het Amsterdamse Bos, omdat de paden altijd quasi dieper liggen dan de rest van het bos. Je hebt dus een hoge berm.

Mijn vriendin en mijn zoon zouden aan de finish staan om me zien binnen te lopen, maar helaas. Door een misverstand - de buschauffeur had verteld dat de groepen TIEN minuten na elkaar startten in plaats van DRIE, zodat zij dachtten dat ik pas een uur later zou starten - stonden ze ongeveer een half uur te laat aan de finish.

De aankomst was in Schmiedefeld, daar waren op een grote weide allerlei tentjes opgebouwd met Fressalien, drank en bezigheden. Het weer was ideaal om te lopen: fris maar droog. Mijn zoon en ik hebben allebei nog een 'hoofdprijs' gewonnen aan het rad van avontuur.

Leuke dag, en ik heb me meteen aangemeld voor volgend jaar. Ik schat dat ik nog een week spierpijn, krampjes en andere pijntjes moet uithouden, maar dat was het waard.

14 mei 2009

De laatste loodjes

Vandaag heb ik mijn laatste trainingsrondje gelopen. Geheel volgens schema een langzame korte loop (half uur, 8,5 km/u), een zogenaamde regeneratieloop. Zaterdag is het zover, dann geht's los met de Rennsteiglauf. Ik ben er gelukkig nog op tijd achter gekomen dat die op zaterdag plaatsvindt, en niet op zondag. Kun je je voorstellen, maandenlang getraind en dan kom je een dag te laat op de wedstrijd? Het is een halve marathon, 21,6 kilometer. Het langste wat ik tot nu gelopen hen is ruim 19 km, maar ook dat is volgens schema. Je bouwt het langzaam op zodat je op het moment van de wedstrijd in topvorm bent. De halve marathon van de Rennsteiglauf is bergachtig, veel hoogtemeters, maar over het geheel gezien gaat het bergaf. De eerste 4 kilometer gaan omhoog, en dan is het afwisselend. Hier kun je het precies bekijken. De link is een beetje langzaam, dus heb geduld.

Ik ben de laatste tijd wat afwezig in blog-land, dat ligt enerzijds aan mijn werk en anderszijds aan de belabberde internet-voorzieningen. Ik zit momenteel aan de bar van een pizzeria in Bad Tölz, de enige gelegenheid die ik hier heb gevonden om online te komen. Wel een aardige pizzeria, je mag hier nog roken! Ik rook namelijk. Ik ben het levende bewijs dat je kunt roken en tegelijkertijd een (halve) marathon kunt lopen!

Ik heb net het boekje 'Iedereen is eigenaar van iets' (2007) van Youp van het Hek uit. Het bevat columns die eerder in het NRC zijn verschenen. Eigenlijk is Youp van het Hek de ideale Blogger. Korte, scherpe, leuke stukjes en altijd aktueel. Ik begrijp wel de helft niet omdat ik al die aktualiteiten in Nederland niet meer volg, en het merendeel van de BN'ers dus niet ken, maar dat mag de pret niet drukken. Het enige nadeel is dat alles in dezelfde stijl is, zodat het na een tijdje vermoeiend is om te lezen, maar ja, een kleinigheidje hou je altijd.

Af en toe heb ik een soort plankenkoorts als ik aan de Rennsteiglauf denk. Dan denk ik eraan dat ik nu alles gedaan wat de voorbereiding betreft, ik kan nu niets meer bijtrainen. Het enige dat ik nog moet doen is goed slapen en verstandig ontbijten op de dag zelf. Dat betekent hooguit 2-3 uur voor de loop nog iets eten, en daarna niets meer. Het beste is licht verteerbaar zoals bananen en wit brood. En geen koffie!!! Die fout heb ik een keer gemaakt voor een trainingsronde. Zoals je weet werkt koffie op de spijsverteringen. Je moet ervan kakken. Dat komt ongeveer een half uur na het drinken. Als je dan aan het lopen bent is dat erg lastig, vooral omdat bij iedere stap de maaginhoud nog iets richting uitgang gedrukt wordt...

De loop begint om half acht, we worden om half zes (!) met de bus opgehaald. Mijn zoon en mijn vriendin komen kijken. Het weer wordt wisselvallig. Als ik nog puf heb, dan doe ik zaterdag nog een verslagje.

Groeten uit de Zone

11 mei 2009

God

Als er een God bestaat die de wereld en alles wat erop leeft geschapen heeft, dan is hij iemand met een vreselijk cynisch gevoel voor humor. Hoe anders kun je het verklaren dat hij een wereld schept waarin de ene helft de andere helft moet doden om te overleven. De helft? Was het maar de helft, dan viel het nog mee. En dat zijn alleen nog maar de dieren. Toen schiep hij de mens. De kroning van de schepping. De mens heeft geen natuurlijke vijanden meer, die heeft hij allemaal overwonnen. Daarom is de mens zijn eigen vijand geworden. Uit verveling, zeg maar. Hij voert oorlog, steelt, mishandelt, verkracht, bedriegt en dat alles tegen zijn eigen soortgenoten.

Ja, dit wordt weer zo'n blog. Eigenlijk zou ik willen schrijven over mijn ervaringen die me op deze gedachten brengen, maar dat is te persoonlijk. Geen zorgen, met mij zelf is niets aan de hand, het zijn mensen in mijn naaste omgeving. Ik zou wel eens willen weten hoe andere mensen daarmee omgaan. Als je ziet dat mensen die heel dichtbij zijn kapot gaan. Erover praten, zul je zeggen. Dat doe ik al. Maar dat verandert niets aan de situatie. Ik probeer ook te helpen, maar dat zijn druppels op een gloeiende plaat.

Of het helpt dat ik erover blog? Ik misbruik dit blog een beetje om anderen met mijn gedachten op te zadelen. Er zijn een paar mensen die het lezen, de mens is nu eenmaal een communicatie-dier.

Erover praten helpt niet veel, maar het is beter dan helemaal dicht te klappen. Daar komen weer nieuwe problemen van. 'Verwerken' heet dat met een mooi woord. Maar daarna moet je verder, niet gaan zitten zwelgen in je problemen en medelijden met jezelf krijgen. Zoals ik al zei, met mij gaat het immers goed. Verder gaan, vergeten, met andere dingen bezighouden.

In Duitsland is deze week de week van het vrijwilligerswerk. Ik heb nog nooit in mijn leven vrijwilligerswerk gedaan, kwestie van opvoeding en voorbeelden. Misschien is het goed om vrijwilligerswerk te doen, goed voor je eigenwaarde. Moet je wel tijd voor hebben natuurlijk. Of tijd voor maken.

Is dat een soort wet, dat als het goed met je gaat, andere mensen naar je toe komen met hun problemen? Ik heb geen zin in andermans problemen, ik ben blij dat ik er zelf niet zoveel heb. Met de woorden van Falco: ich bin ein Egoist.

6 mei 2009

Elektromagnetische straling





Elektromagnetische straling regt mich auf. Het irriteert me, omdat we nog steeds niet weten wat het precies is. We weten er een hoop van, maar waar het uit bestaat kan niemand zeggen. Bij geluid is het een stuk makkelijker. Geluid is ook een trilling of een golfbeweging. Van geluid weten we dat het de moleculen van de lucht of het water waar het zich door beweegt, in trilling brengt. Geluid is bewegende luchtmoleculen. Deze triling plant zich voort, en zo weten we precies wat de frequentie (de snelheid van de trilling) en de voortplantingssnelheid (de snelheid waarmee de trilling van het ene molecuul op het andere wordt overgedragen) inhoudt. De bewegende lucht- of watermoleculen komen aan op het trommelvlies dat dan ook begint te bewegen, kleine bliepjes lopen naar de hersenen en voila: ik hoor een geluid. Water en lucht zijn media waardoor het geluid zich kan voortplanten.

Bij elektromagnetische straling is er geen medium. Tenminste, dat is der aktuelle Wissensstand. Vroeger dacht men van wel, en noemde dit medium de ETHER. De ether was een onbekende stof die we nog niet konden waarnemen en moest alleen nog maar ontdekt worden. Een zeer logische gedachtengang. Elektromagnetisch straling, waartoe licht ook behoort, plantte zich voort door de bestanddelen van de ether in trilling te brengen, net als bij geluid, en that's it.

Maar toen kwamen Michelson en Morley en vergeleken twee zonnestralen met elkaar: een straal die in de richting van bewegingsrichting van de aarde loopt en een die er loodrecht op staat. De twee lichstralen zouden verschillende snelheden moeten hebben als ze zich door een ether bewegen. Dat ligt daaraan, dat de ether 'stilstaat' en de aarde zich door de ether heen beweegt. Als de aarde zich van de zon weg beweegt, dan moet de lichstraal die in dezelfde richting gaat als de beweging van de aarde iets langzamer zijn, omdat de relatieve snelheid van de aarde (de waarnemer beweegt mee) er vanaf getrokken moet worden. Ongeveer zo alsof je de snelheid van een vliegtuig vanuit een rijdende bus probeert te meten: bij de vlieg-snelheid die je waarneemt moet je de snelheid van de bus nog optellen of aftrekken, al naar gelang je in dezelfde richting rijdt als het vliegtuig of er tegenin.

Jammer voor Michelson en Morley en de rest van de toenmalige wetenschap, maar hoe ze het ook wendden en keerden, het licht had ALTIJD DEZELFDE SNELHEID. Het experiment is later in verschillende vormen door anderen herhaald, maar de uitslag bleef altijd gelijk: het maakt niet hoe je zelf als waarnemer beweegt, je neemt de snelheid van het licht altijd even groot waar. De lichtsnelheid is een constante, namelijk c. En omdat licht elektromagnetische straling is met een bepaald frequentie bereik, is de snelheid van elektromagnetische straling ook constant. Maar 'snelheid van elektromagnetische straling' bekt niet zo lekker, dus hebben we het meestal over de snelheid van het licht.




Om dit dilemma op te lossen was er iemand nodig van het formaat van Einstein, die een theorie opbouwde waarmee deze constante snelheid van het licht verklaard kon worden. Heel simpel gezegd komt het erop neer, dat voor een bewegende waarnemer de TIJD met een andere snelheid verloopt, en daardoor neemt hij de snelheid van het licht zo waar alsof die constant is. Dat roept allerlei leuke ongerijmdheden op. Stel je beweegt jezelf voort met de halve lichtsnelheid. Op het moment dat je begint te bewegen, knipt je collega, die op dezelfde plaats blijft staan, zijn zaklantaarn aan. Als je nu tijdens je beweging die lichstraal bekijkt, dan heeft deze nog steeds de snelheid van het licht TEN OPZICHTE VAN jou. Dat ligt eraan dat voor jou de tijd nu nog maar half zo snel gaat. Je ziet weliswaar dat de afstand die het licht afgelegd heeft, maar half zo groot is als wanneer je stil zou staan, maar aangezien snelheid = afstand : tijd, en de afstand en de tijd allebei gehalveerd zijn, is de snelheid van het licht toch weer constant.

Of zoiets. Helemaal begrepen heb ik de algemene relativiteitstheorie niet, dus sla me niet dood als ik het niet correct uitleg.

Elektromagnetische straling is dus een golfbeweging zonder medium.

Elektromagnetische straling is volgens de officiele definitie een trilling van een elektromagnetisch veld. Wat een elektromagnetisch veld precies is weten we eigenlijk ook niet, we weten alleen wat de werking is: magnetisme en elektriciteit. Als ik een stroom laat lopen, ontstaat een magnetisch veld, als ik een magneet beweeg in de buurt van een geleider, dan ontstaat een elektrische stroom. Wat elektrische stroom is, is redelijk goed bekend (beweging van elektrisch geladen deeltjes), wat magnetisme is ook (uitrichting van kleine magneetpooltjes in een stuk ijzer), maar waar dit VELD uit bestaat, of hoe het mogelijk is dat een deeltje door een vakuum heen invloed kan uitoefenen op een ander deeltje, dat weten we niet. Er zijn verschillende theorien voor, maar weten doen we het niet. We kunnen precies uitrekenen wat die velden en stralingen voor uitwerkingen hebben, maar we weten niet waarom.

Elektromagnetische straling is echter niet alleen een golfbeweging. Elektromagnetische straling is, al naar gelang het experiment waarmee je het waarneemt in samenhang met de frequentie, ook bewegende deeltjes. Materie dus. Meerdere experimenten hebben aangetoond dat straling zich gedraagt alsof het afgeschoten deeltjes zijn. En zelfs het omgekeerde is het geval: deeltjes (bijvoorbeeld elektronen) gedragen zich bij bepaalde experimenten alsof het golfbewegingen zijn. Je schiet bijvoorbeeld een elektron door een klein gaatje en het komt op twee plekken terecht op een opvangscherm. Het is net een goocheltruc.

We weten dus niet waar de straling uit bestaat, en naar het schijnt hebben we ook niet begrepen hoe materie eigenlijk functioneert.

Hetzelfde geldt overigens voor de zwaartekracht en nog een derde kracht die geloof ik de sterke kernkracht heet. De zwaartekracht is nog vreemder dan elektromagnetische straling. Waar een elektrische kracht nog altijd overgebracht moet worden door straling en het dus een bepaalde tijd duurt voordat het ene voorwerp een elektromagnetisch kracht op een andere kan uitoefenen, is de werking van de zwaartekracht ONMIDDELIJK. Als ik twee voorwerpen naast elkaar leg, dan trekken ze elkaar meteen aan, zonder dat er een tijd moet verstrijken. Een soort van verklaring hiervoor wordt in de tweede theorie van Einstein gegeven. Volgens Einstein bestaat de zwaartekracht uit vervormingen in het ruimte-tijd-continuum. Daar kan niemand zich iets bij voorstellen, zelfs Einstein niet, maar de wiskundige formules waarmee hij dit beschrijft blijken te werken.

Het feit dat we de basis van onze materie en krachten niet WERKELIJK begrijpen, zegt veel over ons en zou ons eigenlijk nederig moeten stemmen. Het is er waarschijnlijk ook de oorzaak van dat wetenschappers tegenwoordig niet meer zo een hoog aanzien hebben als honderdvijftig jaar geleden, toen men nog dacht dat de mens binnen enkele tientallen jaren alle raadsels van het universum zou ontrafelen. In feite zijn we apen die een kunstje geleerd hebben zonder het te doorgronden. We zijn wel slimme apen, en we kunnen hele knappe en ingewikkelde kunstjes, maar we blijven apen.

4 mei 2009

Doemdenken

Xiwel: De voorspellende doomdenkers zullen zeker hun gelijk kunnen krijgen. Toch heb ik niet zoveel met dit soort voorspellingen.

In een reaktie op mijn vorige stukje werd het woord doemdenken genoemd. Ik ben inderdaad de laatste tijd aan het doemdenken. De vraag is of dat komt doordat ik veranderd ben, of dat ik gewoon gelijk heb en de economische toekomst er slecht uitziet.

Ik ben natuurlijk veranderd. Ik woon en leef in voormalig Oost-Duitsland, een omgeving waar de klaag-cultuur nog dieper gaat dan in Nederland. Als je hier ontevreden bent met je baas dan praat je niet met hem, maar je klaagt bij de collega's. Als je optimistisch bent wordt je versleten voor een oppervlakkige hansworst. Enkele Duitsers hebben dat ook in de gaten en gaan daar tegenin door ons voor te houden dat 'Trübsinn' niet hetzelfde is als 'Tiefsinn'. Een anekdote uit een verkoopcursus die ik ooit eens gekregen heb in Duitsland van een ras-optimist: Als twee Engelsen tegen elkaar een partijtje spelen, en de ene maakt een punt, wat is dan de typische reaktie van de tegenstander? "Good shot!" Als twee Duitsers tegen elkaar spelen, wat is dan de typische reaktie? "Scheiße!" De kans dat ik onbewust ben aangestoken door dit klaag-virus is dus realistisch.

Op mijn werk ben ik ook een doemdenker aangaande de technische problemen die zich kunnen voordoen in de projekten waar ik aan werk. Dat is in dit geval echter een positieve eigenschap, omdat ik aan de doem-scenario's direkt iets kan doen. Als ik zie dat een bepaald probleem kan ontstaan, dan heb ik de mogelijkheid het te voorkomen door mijn software aan te passen of met andere mensen te praten. Ik beschouw mezelf dus niet als pessimist, omdat ik weliswaar de negatieve aspecten zie, maar niet bij de pakken neerzit en een potje ga zitten klagen.

Bij de economie en de financiele crisis is dat een ander verhaal. Ten eerste zijn de problemen niet zo duidelijk te herkennen, omdat alle informatie uit de tweede en derde hand komt en de economie een zeer complexe structuur is. Ten tweede kan ik aan de economie niets veranderen. Het maakt niet uit welke problemen ik zie komen, ik kan niet ingrijpen, ik ben volkomen machteloos. (oh nee, ik kan stemmen, uche uche) Het enige wat ik kan doen is mij voorbereiden op eventuele zaken die mij persoonlijk zouden kunnen gebeuren.

Als ik ontslagen word -wat waarschijnlijk niet gebeurt-, dan heeft mijn vriendin in ieder geval nog een baan. Zij werkt als hoofdverpleegster op een psychiatrische afdeling. Het aantal psychiatrische patienten groeit gestaag, dus hoewel er daar ook op personeel betzuinigd wordt, hoeven we ons om haar baan geen zorgen te maken. Van dat geld plus mijn uitkering zouden we kunnen leven, maar het huis dat we nu huren kunnen we dan niet meer betalen. Dat betekent dus verhuizen. Ik ben er niet bang voor om werkloos te zijn. Mijn zelfwaarde hangt van meer dingen af dan alleen succes in mijn werk. Ik heb een aantal hobby's, een paar mensen met wie ik graag omga, en genoeg dingen die ik nog niet gedaan heb. Ik heb er ook vertrouwen in dat ik ondanks een slechtere economische situatie weer een andere baan ga vinden als het nodig is. Het probleem is dat ik dan misschien weer werk moet aannemen waarbij ik doordeweeks niet thuis ben, en daar wil ik niet meer aan.

Het plan met de fiets is meer een vaag idee. Zoals ik al zei in een van de reakties, wil ik eerst wat ervaring opdoen in een normale fietsvakantie. Ik heb namelijk nog nooit een echte fietsvakantie gehouden! Misschien vind ik het wel stomvervelend om weken achter elkaar de hele dag te fietsen. Ik weet wel dat ik reizen met onbekende bestemming een van de mooiste dingen vind om te doen. Dat heb ik vastgesteld in de twee grotere ongeorganiseerde rondreis-vakanties die ik gedaan heb in Venezuela en Australie.

En dan nu, terug naar mijn kristallen bol.